Tot hier en niet verder
- Joyce Mastenbroek
- 5 mei
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 12 mei
(Over het belang van grenzen stellen)

Soms kom je ze letterlijk tegen: borden waarop staat “Verboden toegang – overtreders worden vervolgd.”
Zoals dit bord uit 1904 in Ruakuri Cave in Nieuw-Zeeland. Het herinnert me aan iets essentieels: Je persoonlijke grenzen stellen.
Grenzen stellen is geen muur optrekken. Het is zeggen: “Dit is mijn ruimte. Dit ben ik. En dit is wat ik nodig heb.”
Toch vinden veel vrouwen het lastig. We willen niemand teleurstellen. We houden het liever nog even vol. We negeren het signaal dat ons lichaam allang geeft: vermoeidheid, hoofdpijn, prikkelbaarheid… En voordat je het weet ben je verdwaald in andermans wensen – ver voorbij jouw eigen grens.
Waarom zijn grenzen belangrijk?
Ze beschermen je energie.
Ze geven helderheid in relaties.
Ze helpen je trouw te blijven aan jezelf.
Ze maken dat je op den duur minder hoeft te ontploffen of terug te trekken.
Regelmatig ontmoet ik vrouwen die jarenlang over hun eigen grens zijn gegaan. Niet uit onwil, maar uit loyaliteit, uit liefde, uit plichtsgevoel. Tot het lijf “nee” zei. Tot er niets meer te geven viel.
Grenzen geven duidelijkheid – niet alleen aan jezelf, maar ook aan je omgeving.
Wanneer jij helder aangeeft waar jouw grens ligt, help je anderen om rekening met je te houden of met je mee te denken. Dat maakt het samenleven, samenwerken en zorgen voor elkaar veel eenvoudiger. Hoewel ik het zelf soms ook nog moeilijk vind weet ik: op het moment dat je je uitspreekt, wordt alles lichter en duidelijker. Mensen hoeven niet meer te raden wat er is. Jij hoeft niet meer te hopen dat ze het vanzelf aanvoelen.
🌿 7 Tips om grenzen aan te geven
1. Weet eerst zelf wat je grens is
Je kunt pas iets aangeven als je het zelf helder voelt. Let op signalen als:
vermoeidheid na sociale contacten
irritatie of overprikkeling
geen tijd meer voor jezelf
📌 Check-in moment: “Wat heb ík nu nodig?”
2. Gebruik ik-boodschappen
Zeg liever: “Ik merk dat ik nu rust nodig heb” dan “Jij vraagt te veel van mij.”Zo blijf je bij jezelf, zonder de ander te beschuldigen.
3. Wees vriendelijk én duidelijk
Grenzen hoeven niet hard of boos. Ze mogen warm en stevig zijn:
“Ik ben er graag voor je, maar nu even niet.”
“Ik wil dit goed doen, en dat lukt me alleen als ik ook ruimte voor mezelf neem.”
4. Herhaal zonder schuldgevoel
Sommige mensen testen je grens (onbewust). Blijf vriendelijk herhalen:
“Ik snap dat het lastig is, maar mijn antwoord blijft nee.”
Dat is géén onvriendelijkheid. Dat is zelfzorg.
5. Plan tijd in voor jezelf
Grenzen aangeven werkt beter als je je tijd bewust indeelt. Zet letterlijk blokken in je agenda voor pauze, opladen of alleen zijn. ADHD-hersenen vergeten dit snel als het niet concreet gepland is.
6. Oefen op veilige plekken
Begin met grenzen aangeven bij mensen die je vertrouwt. Zo bouw je zelfvertrouwen op, en wordt het makkelijker in moeilijkere situaties.
7. Weet: je hoeft je niet te verantwoorden
Een grens hoeft geen lange uitleg. “Ik kies ervoor om dit niet te doen” is genoeg. Je mag nee zeggen zonder excuses.
Tot slot:Grenzen geven richting. Ze beschermen niet alleen je energie, maar ook je relaties – want mensen weten waar ze aan toe zijn.
Comments